Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De koning dan zeide tot Joab, den krijgsoverste, die bij hem was: Trek nu om door alle stammen van Israel, van [5]Dan tot Ber-seba toe, en [6]tel het volk, [7]opdat ik het getal des volks wete. 5. De twee uiterste landpalen van Kanaan. Dan in het noorden en Berseba in het zuiden. 6. Gij en uw gezelschap, dat gij mede zult nemen, zullen tellen allen die tot den strijd bekwaam zijn, van twintig jaren af en daar boven. Zie Num.1:3, en onder, vs.9. Doch sommigen menen dat Davids zonde principalijk daarin bestaan heeft dat David ook bevolen heeft te tellen die onder de twintig jaar waren, ten strijde bekwaam. Waaruit ook [naar hun gevoelen] ontstaan zou de verscheidenheid van het getal verhaal hier vs.9, en 1 Kron.21:5. 7. Hiermede toont David dat hij door enkele nieuwsgierigheid en hoogmoed gedreven wordt; hetwelk Joab en andere oversten merkende, gezocht hebben David dit te ontraden. Vergelijk 1 Kron.21:3,6, en 1 Kron.27:23.